Door Jasper Geurink
Pathena Rotterdam – Groninger Combinatie
Afgelopen zaterdag vond de centrale ronde van de Meesterklasse plaats in het vermaarde gemeentehuis van Bloemendaal. De organisatie was prima, de locatie fraai, alleen de prijzen van de consumpties aan de hoge kant. Niettemin een prima gelegenheid om de kas van deze toch vrij armlastige gemeente een beetje te spekken en zo een oefening in liefdadigheid en christelijke naastenliefde.
Evenwel, voor deze wedstrijd had ik alle naastenliefde naar het rijk der fabelen verwezen en had ik mijn toevlucht genomen tot een oude methode om in de juiste stemming te geraken en had ik weer eens een dozijn fragmenten op YouTube zitten bekijken van knokfilms. Dat wil zeggen, om in een krijgshaftige, wraakzuchtige en bloeddorstige stemming te komen passeerden Stallone, Schwarzenegger, van Damme en anderen de revue. Met name Grisha Kodentsov was bekend van/berucht om deze methode. Als Nederlandse Rus vond hij met name Rambo III geweldig, waarin John J. Rambo afreist naar Afghanistan en in zijn eentje het hele Russische (!) leger verslaat…
Natuurlijk heeft deze methode ook zijn schaduwzijden. Je kunt nauwelijks stil blijven zitten, je stuitert heen en weer van de energie en moet al je spieren in bedwang houden om niet over het bord heen je tegenstander te grijpen en af te tuigen. Je verandert ter plekke van een rustige burgerman/ -vrouw in een ADHD-geval. Om deze nadelen nu te vermijden liet ik de knokpartijen volgen door fragmenten van diepgravende bezinning op de knokpartijen. Voorbeelden: Jean-Claude van Damme in ‘Lionheart’:’Wrong bet!’; of Sylvester Stallone in ‘Judge Dredd’: “I never broke the law. I am the law!”. Maar de koning van de filosofische diepgang is zonder meer de voormalige gouverneur van Californië, Arnold Schwarzenegger. Vooral de film ‘Commando’, waarin hij zijn dochter redt van een groep Zuid-Amerikaanse criminelen, herbergt vele schitterende eenlijners en diepzinnige overpeinzingen:
- (Houdt iemand boven een kloof vast aan één been) ”What counts now is not loyalty, but gravity”.
- (Over die persoon die hij daarna in de kloof liet vallen) [vrouw] “What did you do with Sully? Arnold: “I let him go”
- (Voor een gevecht met een Green Beret) “I eat Green Berets for breakfast. And right now I’m very hungry!”
- (werpt een ijzeren pijp met waterdamp ‘door’ een persoon heen): “Let off some steam, Bennett!”
- (tegen een bevriende generaal na afloop) [generaal] “Did you leave anything for us?” [Arnold] “Just bodies”.
Tijdens het kijken van deze fragmenten viel met name één scene me op. In de film “Conan
the Barbarian”, waarin Conan zijn moeder wil wreken, zit een scene, die zo fout is en zo vol
zit met a- of zelfs immorele fascistische krijgersretoriek dat het op een heerlijke manier
opwekkend werkt (waarbij ik moet toevoegen dat ik het fascisme verafschuw):
- Conan [biddend tot zijn god, Crom, en voor een gevecht met 20 krijgers van de moordenaar van zijn moeder]: “CROM, I have never prayed to you before, I have no tongue for it. No one, not even you will remember if we were good men or bad, why we fought, or why we died. No, all that matters is that two stood against many. Valour pleases you, Crom, so grant me one request: grant me revenge! And if you do not listen…then to hell with you!”
Dan volgen aanzwellende trompetten, en Conan en zijn makker gaan de talrijke vijanden te lijf…en overwinnen!
Aangezien wij op deze zaterdag al gedegradeerd waren, viel er ook een zekere last van
mij/ons af. Onbevangen en bevangen door de heerlijke retoriek van Conan begaf ik me dan
ook naar de speelzaal met mijn teamgenoten. Waar ik topgrootmeester, vegetariër en
liefhebber van katten (en in alle opzichten dus een sympathiek persoon) GM Dimitri
Reinderman (2587) aan mijn bord [3] aantrof.
Voor Dimitri heb ik een groot respect sinds zijn winst (voor Kasimdzhanov) van de B-groep van Tata Steel [Hoogovens], ergens rond 2000. En zijn optreden daar tijdens de hoogtijdagen van de beste speler aller tijden, Garik Kimovich Weinstein/Kasparov. Niettemin, ik weet hoe lastig het is (voor iemand als Reinderman) om tegen iemand met 2353 te spelen. Je weet dat je niet tegen een zeer sterke speler moet, maar ook niet tegen een zwakke. Bovendien waren wij -als gezegd – al gedegradeerd en konden dus onbevangen spelen. Dat bleek een zeer gevaarlijke cocktail, zeker toen hij ten onrechte remise uit de weg ging. Met een briljant kwaliteitsoffer in het middenspel en 3 pionoffers in het eindspel werd het een 1 voor mij.
Ook de overige partijen aan de vier topborden – afgezien van Maurice Schippers, die vrij
kansloos verloor van de zeer sterk wordende IM Robby Kevlishvili (17 jaar, 2500) –
verliepen gunstig voor ons. Jan Werle won aan 1 met wit een, naar ik meen, schitterende
partij van de sterke GM Kunin; en Sipke Ernst, die weer eens de KID van stal haalde met
zwart, ging als een mes door de boter heen; hij richtte met een loperoffer een ware ravage aan op de witte koningsvleugel, en GM Ftacnik (oud maar nog steeds erg sterk, in de 2550) kon het niet droog houden; 3-1 voor ons bekerteam.
Op de overige borden (5-10) was het niet allemaal even naar mijn goesting. De partij van
Erik (6) heb ik niet gevolgd, maar het was een …Db6 Siciliaan die hij won. Eelke de Boer op 5 leek een aardige stelling te hebben tegen IM Liam Vrolijk, maar enkele ongelukkige
manoeuvres in het eindspel zorgden voor het verlies van enkele pionnen. Iozefina aan 7
moest tegen IM Martin Martens en stond redelijk (ruimtevoordeel), maar zette een paard op e3 neer wat op f3 had moeten staan naar mijn mening. Of het eindspel houdbaar was weet ik niet, maar het leek me lastig; een 0. Ook Bonno op 10 leek slecht te staan, maar hij bezwindelde zijn tegenstander en zadelde hem op met een 0. En toen speelden op het eind Jan Baljé en Joost Wempe nog voor de overwinning (het was 5-3 voor ons, maar beiden stonden erg lastig). En toen kwam het wonder van Rotterdam (titel van een van de boeken van Thea Beckman) of misschien van Bloemendaal; eindelijk viel alles eens de goede kant op, twee remises en 6-4 voor ons. Gelukkig ook voor Apeldoorn, die net gewonnen hadden en nog konden degraderen. En dezelfde avond kreeg ik een vriendschapsverzoek van een speler van Apeldoorn op Gezichtsboek/Smoelboek; hoe zou dat nou toch komen …?
Partijen en uitslagen hieronder
verslag van SO Rotterdam – Naschrift Bart Beijer n.a.v. het verslag van Rotterdam:
Wij hadden Murphy meegenomen uit Groningen, waar hij al een heel seizoen huis hield. Te Bloemendaal sprong hij over naar Rotterdam en vervingen we hem door een engeltje op onze schouder!